« Néerlandais/Dans le secondaire/l'itinéraire : demander le chemin/quiz2 » : différence entre les versions

Contenu supprimé Contenu ajouté
Aucun résumé des modifications
Ligne 1 :
==ÉtablirTraduisez leen contactfrançais==
 
<quiz display="simple">
 
{
*''Dag meneer, kunt u mij zeggen waar het postkantoor is?''
:........................................................
*''Kunt u me de weg wijzen?''
:........................................................
*''Kunt u me de weg naar het postkantoor wijzen?''
:........................................................
*''Ja, natuurlijk.''
:........................................................
*''Het spijt me. Ik weet niet waar het postkantoor is.''
:........................................................
== Situation générale ==
 
'''Établir le contact'''
*''De bank ligt in het centrum.''
:........................................................
*''De bank ligt dicht bij het station.''
:........................................................
 
|type="{}" }
== Le moyen de transport ==
''Dag meneer, kunt u mij zeggen waar het postkantoor is?'' -- { Excusez-moi, Monsieur } . { Pouvez-vous m'indiquer où se trouve le bureau de poste } ?
''Kunt u me de weg wijzen?'' -- { Pourriez-vous m'indiquer le chemin } ?
 
''Ja, natuurlijk/Jazeker!'' -- { Oui, bien sûr } .
* ''Ben je te voet?'' ou ''Ga je te voet?''
:........................................................
*''Ik ben met de auto.'' ou ''Ik ga met de auto.''
:........................................................
*''Ik neem de metro.''
:........................................................
*''Ik neem het openbaar vervoer.''
:........................................................
 
*''Het spijt me. Ik weet niet waar het postkantoor is.'' -- { Désolé, je ne sais pas où se trouve la poste } .
== La proximité ==
 
{
== '''Situation générale =='''
|type="{}" }
*''De bank ligt in het centrum.'' -- { La banque se trouve au centre ville } .
*''De bank ligt dicht bij het station.'' -- { La banque se trouve près de la gare }
 
{
== '''Le moyen de transport =='''
|type="{}" }
''Bent u te voet?'' -- { Allez-vous à pied } ?
*''Ik ben met de auto.'' ou-- ''Ik ga{ metJe desuis en voiture } auto.''
*''Ik neem het openbaar vervoer.'' -- { Je prends les transports en commun } .
 
{
== '''La proximité =='''
|type="{}" }
*''Is het ver?'' -- { Est-ce loin } ?
*''Is het dichtbij?'' -- { Est-ce près } ?
 
*''Is het ver?''
:........................................................
*''Is het dichtbij?''
:........................................................
* ''Hoe ver is het naar de bank?'' ou ''Hoe ver is de bank?''
Ligne 115 ⟶ 114 :
== Source ==
 
</quiz>
*[[Néerlandais : l'itinéraire : demander le chemin]]
 
[[Catégorie:Néerlandais dans le secondaire (livre)]]